6 Activiteitenbegeleider Algemene kenmerken De functie Activiteitenbegeleider komt voor binnen instellingen die activiteitenprogramma's aanbieden voor individuen of groepen, met als doel resocialisatie en een zo zelfstandig mogelijke deelname aan de maatschappij. De activiteitenbegeleider is verantwoordelijk voor het begeleiden van mensen van wie het lichamelijk, verstandelijk en/of sociaal evenwicht tijdelijk of blijvend verstoord is. Aangeboden activiteiten zijn gericht op het bieden van dagstructurering op een procesmatige wijze en kunnen betrekking hebben op werk. Zij kunnen ook educatief en/of recreatief van aard zijn. Doel van de f unct ie Het organiseren en uitvoeren van individuele en groepsgerichte activiteiten gericht op resocialisatie en een zo zelfstandig mogelijke deelname aan de maatschappij. Organisat orische positie De Activiteitenbegeleider ressorteert hiërarchisch onder de leidinggevende van de afdeling waarbinnen de functie is gepositioneerd. De Activiteitenbegeleider geeft eventueel functioneel leiding aan Activiteitenbegeleiders in opleiding, Welzijnsassistenten en/of stagiaires. Resultaat gebieden Activiteitenplan ontwikkelen  Signaleert behoefte en mogelijkheden van deelnemers aan de hand van observaties en gesprekken met deelnemers en eventuele derden;  Formuleert een activiteitenplan met specifieke doelstellingen, passend in een eventueel begeleidingsplan. Bespreekt het activiteitenplan met de betrokken leidinggevende en/of hulpverlener; Resultaat : Activiteitenplan ontwikkeld, zodanig dat opdrachten en activiteiten met een heldere  Ontwikkelt individuele, dan wel groepsgerichte activiteiten en opdrachten. Maakt gebruik van technieken, materialen, (maatschappelijk gerichte) activiteitvormen en -opdrachten;  Stelt desgevraagd tussentijds een observatierapport op. doelstelling kunnen worden uitgevoerd. Activiteitenplan uitvoeren  Bereidt de uitvoering van activiteiten en opdrachten voor door bijvoorbeeld het inkopen van materialen en informeren van deelnemers;  Begeleidt de uitvoering van activiteiten en opdrachten en stuurt waar nodig bij;  Creëert een sfeer binnen de groep waarin de deelnemers zich veilig voelen en worden gestimuleerd en gemotiveerd de eigen mogelijkheden te ontdekken en initiatieven te nemen;  Richt activiteiten en opdrachten dusdanig in dat het de zelfredzaamheid en/of zelfvertrouwen van deelnemers vergroot;  Speelt tijdens de uitvoering in op behoeften, wensen en problemen, bijvoorbeeld door deze individueel of in de groep te bespreken. Reikt eventueel oplossingen aan;  Toetst de ontwikkeling van deelnemers aan de doelstelling in het activiteitenplan;  Informeert en rapporteert hierover aan de betrokken leidinggevende en/of hulpverlener;  Verricht bijbehorende administratieve werkzaamheden; CAO Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening 2014 - 2016 83  Demonstreert zo nodig het gebruik van gereedschappen en apparatuur en geeft aanwijzingen, voorbeelden, keuzemogelijkheden en alternatieven met betrekking tot activiteiten en opdrachten; Pagina 82

Pagina 84

Heeft u een studiegids, bladerbrochure of digi kranten? Gebruik Online Touch: boek online op uw website plaatsen.

CAO WMD Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication