Pr Jeugdzorg 2014 - 2015 ojectmanager i. De werknemer die ziek wordt tijdens de periode van ouderschapsverlof, houdt recht op de tegemoetkoming overeenkomstig het bepaalde in lid 3. 2. Met betrekking tot het langdurig zorgverlof: a. De werknemer die zorg draagt voor een of meer personen als hierna bedoeld onder 2.b. heeft recht op gedeeltelijk betaald verlof overeenkomstig het bepaalde in lid 2c., indien uit een schriftelijke door de werknemer aan de werkgever te overleggen verklaring van de behandelend arts blijkt dat vanwege ernstige ziekte thuisverzorging noodzakelijk is. j. Tijdens het ouderschapsverlof wordt alleen over de uren dat arbeid wordt verricht vakantieverlof, vitaliteitbudget en garantie-uren opgebouwd. Bij het opnemen van verlof tijdens ouderschapsverlof hoeft de werknemer alleen verlof op te nemen voor de uren dat hij arbeid verricht. 3. Met betrekking tot ouderschapsverlof en langdurig zorgverlof gelden nog de volgende bepalingen: a. Het ouderschapsverlof en het langdurig zorgverlof wordt uitsluitend verleend aan de werknemer wiens dienstbetrekking ten minste een jaar heeft geduurd. d. De werkgever en werknemer spreken in overleg af hoe de werknemer de verlofuren per week wil opnemen. c. Het maximale aantal uren langdurig zorgverlof wordt per keer bepaald door de gemiddelde arbeidsduur van de desbetreffende werknemer per week te vermenigvuldigen met 13. Over de daadwerkelijk opgenomen verlofuren wordt 50% van het salaris doorbetaald. b. De personen voor wier verzorging het verlof kan worden verleend zijn: de echtgenoot, echtgenote, ouders, stiefouders, pleegouders, schoonouders, kinderen, stief- of pleegkinderen of aangehuwde kinderen. 2. Voor werknemers die op of na 1 januari 2011 ouderschapsverlof gaan opnemen geldt: Indien tijdens de periode van ouderschapsverlof of binnen 6 maanden na het einde van het ouderschapsverlof op verzoek van de werknemer de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd of de overeengekomen arbeidsduur wordt verminderd, kan de werkgever het doorbetaalde salaris over het ontvangen ouderschapsverlof terugvorderen, tenzij de werknemer ontslag neemt nadat de werkgever het verzoek van de werknemer heeft geweigerd om de arbeidsduur aan te passen aan de arbeidsduur tijdens het ouderschapsverlof. het doorbetaalde salaris over het ontvangen ouderschapsverlof aan de werkgever terug te betalen, tenzij de werknemer ontslag neemt nadat de werkgever het verzoek van de werknemer heeft geweigerd om de arbeidsduur aan te passen aan de arbeidsduur tijdens het ouderschapsverlof. b. De werkgever stemt in met het verzoek tenzij gewichtige redenen zich daartegen verzetten. c. Tijdens het ouderschaps- en zorgverlof heeft de werknemer recht op volledige opbouw en omvang van pensioen- en wachtgeldrechten, waarbij de werknemer het werknemersdeel van de pensioenpremie voor eigen rekening neemt. e. d De werkgever is verplicht in te stemmen met een verzoek van de werknemer het verlof niet op te nemen of niet voort te zetten op grond van onvoorziene omstandigheden, tenzij gewichtige belangen van de organisatie zich hiertegen verzetten. De werkgever behoeft aan het verzoek niet met ingang van een vroeger tijdstip gevolg te geven dan één maand na het verzoek. f Bij ziekte tijdens het verlof vindt geen opschorting van het verlof plaats. g. De werkgever draagt, met gebruikmaking van de uit het verlof van de desbetreffende werknemer vrijkomende financiële middelen, zoveel mogelijk zorg voor vervanging van de betrokken werknemer gedurende de verlofperiode. Indien de werknemer zijn verlof tussentijds afbreekt, kan hij dit niet later alsnog voortzetten. Bij het afzien van het verlof vóór de ingang ervan, op grond van een onvoorziene omstandigheid als bedoeld in lid 3.d., blijft het recht op verlof wél behouden. 33 van 345 Pagina 32

Pagina 34

Heeft u een gids, noviafacts of digitale folders? Gebruik Online Touch: vaktijdschrift naar een online publicatie omzetten.

CAO jeugdzorg 2014 - 2015 Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication