mensen ondersteunen om zelf met oplossingen te komen. Als je er vroeg bij bent, kun je soms voorkomen dat het helemaal uit de hand loopt en mensen in de intensieve zorg belanden. Gezien de bezuinigingen waar gemeenten voor staan, krijgen die preventieve taken straks extra gewicht. Gemeenten krijgen hier extra budget voor, waarmee ze gerichter beleid kunnen ontwikkelen. Zo kunnen ze investeren in buurtactiviteiten waar mensen samenkomen. Dat is een ander soort aanpak waar sociaal werkers goed in zijn. Dat biedt nieuwe kansen voor de branche.’ De Macker: ‘De vraag is hoe we als versnipperde welzijnsorganisatie tot één visie komen. Hoe gaan we reageren op alle veranderingen die de samenleving kennelijk wenst? Hoe halen we daar kansen uit? Daar zijn de sociale partners bij betrokken, maar ook werkgevers, werknemers en de politiek. Samen kunnen we dingen op een andere manier organiseren.’ ‘Door die herverdeling komt er werkgelegenheid voor anderen’ Over: De gevolgen voor medewerkers Het eerste doel is zorgen dat de burgers goed geholpen zijn, vinden ze beiden. ‘Vanuit de klant denken’, zegt De Macker, ‘Welzijn is het cement van de samenleving. Daarna komt het belang van de medewerkers.’ Vos: ‘Ik verwacht dat verschillende organisaties zullen samengaan, want er is vraag naar brede organisaties die in dat hele sociale domein veel kunnen betekenen. We willen natuurlijk dat onze mensen aan het werk blijven, maar dat hoeft niet per se in de bestaande organisatie. Je kunt ook uitgaan van: wat is het doel van je werk, wat is de maatschappelijke betekenis, en hoe organiseer je hiervoor het beste voor je medewerkers? De samenwerking met bewoners en cliënten, en de rol van vrijwilligers wordt steeds belangrijker. ’ Vos voegt daaraan toe: ‘Stel dat de gemeente zegt: we maken een aparte organisatie van sociale wijkteams, dan heeft dat consequenties voor bestaande organisaties èn voor de grondgedachte van de transformatie. We willen er immers niet wéér een nieuwe lokale koker, managementlaag of bureaucratisch molochje bij. De muurtjes moeten juist geslecht worden. Soepel snel schakelen en slim samenwerken is het credo. Tegen de gemeentes zou ik willen zeggen: bedenk dat je te maken hebt met eerstelijns vakmensen die gevoed willen en moeten worden in hun vakmanschap. Daar heb je een organisatie voor nodig. Een ‘huis voor professionals’. In sommige gemeenten zitten ook tweedelijns professionals in sociale teams: reclassering en ggz. Zo’n team heeft alleen meerwaarde als ieder zijn eigen expertise kan behouden en als iedereen een band kan houden met de moederorganisatie. Het lijkt me ingewikkeld om dat te borgen. Ik denk dat de gemeente dat wel onderschat.’ Over: Samenwerken met andere branches De Macker vindt dat de branches beter over de eigen grenzen heen kunnen kijken. ‘Iedereen is zijn eigen problemen aan het oplossen. Ik ben er juist voor om verder te kijken en verbindingen te maken tussen de branches. Iemand die niet Erik de Macker meer in de thuiszorg aan de slag kan, kan prima in de branche Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening werken. In Rotterdam zijn al mooie initiatieven.’ De welzijnssector is bij uitstek de sector die al samenwerkt met alles in het sociaal domein. In de praktijk zie je dat overal, vindt ook Vos. ‘De Lumens groep in Eindhoven doet dat al: die zet in op de Participatiewet. Daar ligt ook een kans voor ons als welzijnsorganisaties. We weten wat we moeten doen als mensen in de knel zitten. Als ze geen werk hebben, met schulden zitten, niet terug kunnen vallen op een netwerk, en er problemen zijn in het gezin. Wij kunnen mensen helpen om misschien weer een stap richting arbeidsmarkt te zetten. Laten we inderdaad partnerships sluiten met organisaties waarmee we op hetzelfde terrein opereren. Samen staan we sterk bij de aanpak van maatschappelijke problemen.’ Ze geeft nog een voorbeeld. ‘In het Groningse SamenOud werkt de thuiszorgorganisatie samen met de welzijnsorganisatie, verpleeghuizen en huisartsen. Ze zetten samen een werkprogramma op: wat hebben ouderen nodig? Maar meestal zijn de huisarts en sociaal werk nog gescheiden werelden. Ontzettend jammer, want huisartsen krijgen mensen in hun spreekkamer die zich eenzaam voelen of somber, omdat ze bijvoorbeeld geen werk hebben. Ze kunnen hen doorverwijzen naar een welzijnsorganisatie om anders actief te worden. Bijvoorbeeld vrijwilligerswerk te gaan doen. Dat kan een nieuw perspectief en een nieuwe kans bieden. Welzijn op recept heet dat. Wij onderzoeken hoe we dat breder over Nederland kunnen uitrollen.’ Over: De must om jezelf te profileren Jezelf profileren is een must nu het werkveld zo verandert, weet Vos. ‘Sociaal werkers zijn niet zo op-de-borstklopperig, maar moeten toch leren om kort en krachtig te vertellen wat ze doen en waarvoor ze staan. Zo gaan ze mee met de veranderende samenleving en zorgen ze dat ze zichzelf steeds blijven vernieuwen.’ 17 Pagina 16

Pagina 18

Heeft u een lesmateriaal, page flip flash of e-magazines? Gebruik Online Touch: onderwijs magazine online plaatsen.

FCB Magazine WMD zomer 2014 Lees publicatie 10436Home


You need flash player to view this online publication